Softwarelokalisatie is het proces waarbij software wordt aangepast aan de cultuur en aan de taal van de omgeving van de eindgebruiker. Denk aan meetnormen, grafisch ontwerp, content, jaartelling. Alles moet zo lijken dat het in het land van de eindgebruiker is ontworpen.
We horen je denken: in theorie is digitale technologie natuurlijk cultureel-neutraal. Progamma’s zorgen dat er interacties kunnen plaatsvinden. Een technologisch hoogstandje. Maar zodra we betrokkenheid van andere mensen willen, hebben we taalkundige en culturele specificiteit nodig. Programmeurs die in het Engels spreken, denken en schrijven ontwikkelen software die in het Engels met gebruikers communiceert. Wanneer alleen Engelse gebruikers de software gaan gebruiken, kan het proces daar eindigen. Soms is dat het geval, maar veel vaker niet. In die gevallen is softwarelokalisatie noodzakelijk.
Een website of programma kan meerdere talen ondersteunen. Dan is je applicatie meertalig maar nog niet geschikt voor wereldwijde toepassing. Dingen moeten logisch zijn voor gebruikers in iedere taal. Als je ooit hebt geprobeerd een elektronisch apparaat in te stellen dat in een andere taal is geconfigureerd, snap je hoe belangrijk softwarelokalisatie is. Denk aan het installeren van je smartphone. Wanneer je in een softwareproduct een buitenlandse culturele conventie tegenkomt, merk je dat meteen. Het voelt niet als ‘eigen’. De interface bijvoorbeeld is duidelijk niet op jouw taal en cultuur ontworpen. Dit is waar softwarelokalisatie om de hoek komt kijken.
Bij het opnieuw ontwerpen voor een andere markt moet er qua softwarelokalisatie rekening gehouden worden met diverse aspecten van een programma. Denk aan geopolitieke gevoeligheden, de juiste symbolen voor valuta, metingen en zelfs datums. Je moet weten hoe de verschillende afgestemde taal er daadwerkelijk uitziet op het scherm en hoe dit de functie van het programma zal beïnvloeden. Denk bijvoorbeeld aan talen die van rechts naar links gaan, zoals Hebreeuws, Arabisch en Farsi. Je moet ook weten hoe moedertaalsprekers omgaan met geschreven inhoud, zodat je de ervaring voor hen kunt optimaliseren. Maar denk ook aan ‘vertaling’ van niet-linguïstische elementen. Het handgebaar dat in de VS "OK" symboliseert, de duim die de wijsvinger aanraakt om een "O" te maken, is in sommige landen een beledigend teken. Het Rode Kruis gebruikt een rood sikkel-symbool voor zijn operaties in het Midden-Oosten omdat men een kruis daar niet waardeert. Zorg ervoor dat u afbeeldingen lokaliseert die niet bij uw doelgroep passen.
Dus wanneer wel/niet softwarelokalisatie:
NIET NODIG.
Als je software alleen bedoeld is voor in je eigen land, dan is een lokalisatie niet nodig. Besef wel dat ieder land tegenwoordig veel nationaliteiten kent, je kunt dus ook profiteren van een lokalisatie.
MISSCHIEN.
Als je je op je thuisregio concentreert, kun je ook later gebruik maken van lokalisatiediensten. Hou wel rekening met je toekomstplannen. Zoals het toevoegen van internationale teken- en cijferbestandsindelingen, zodat je die later niet teveel hoeft toe voegen. Gebruik korte zinnen en beperk spreektaal tot een minimum.
JAZEKER.
Wanneer je te maken hebt met software die werkt op netwerken en die dus op- en afgeschaald kan worden. Je kunt softwarelokalisatie niet overslaan. Richt je je op publiek in het buitenland? Juist dan is het raadzaam om in een vroeg stadium met softwarelokalisatie aan de slag te gaan.
Wanneer je je software lokaliseert, vergroot je de magie en aantrekkingskracht aanzienlijk. Zeker nu ieder programma en iedere app wereldwijd verkrijgbaar is. Boor nieuwe markten aan met je ideeën. Let’s go viral!